Maandag 29 juli.

Hebben we toch nog een beetje van jullie hittegolf meegekregen hier!  Na twee dagen van 23 graden en twee zwoele nachten van 16 graden is het weer vanmiddag omgeslagen. Het is gaan stormen en het is 13 graden nu. Morgen weer beter.

Gisteren zijn we gaan wandelen bij Asbyrgi. Via touwen en een trap ga je omhoog en dan is het drie en een halve kilometer naar het eind, daar kun je mooi op de kloof kijken en zien dat het een hoefijzer is met loodrechte wanden.

Na de wandeling zijn we naar Kopasker gereden, 30 km naar het noorden. Ook hier was het warm, we hebben de hele dag in korte broek gelopen! En in de zon gezeten natuurlijk.

Vanmorgen was het ook nog lekker. Het dorpje ligt mooi aan een kleine baai met een zwart zandstrand.

Aan het einde van de baai staat een vuurtorentje, daar zijn we vanmiddag naar toe gewandeld.

Eigenlijk zouden we morgen verder naar het oosten gaan maar vanwege de weerberichten gaan we waarschijnlijk een stukje terug, naar Husavik. Daar is meer zon en minder wind.

Dinsdag 30 juli.

Het waaide wel heel hard vannacht. De dakluiken klapperden en we stonden flink te schudden maar alles is nog heel gelukkig.

Vanmorgen rustig aan terug gereden naar Husavik. Overdag is het bedrijvig in het dorp. Dit komt door de vele toeristen die hier op walvissafari gaan. Er zijn wel drie bedrijven die dat aanbieden.

We zijn voor één nacht op de camping gaan staan, die is heel druk maar we waren op tijd en hebben een goed plaatsje. Wel staan de stoelen nog buiten om te voorkomen dat er een busje of bestelbuscampertje vlak naast ons gaat staan,schuifdeuren!

Het oude warme badje op de heuvel tegenover de camping is helaas gesloten. Naast het vuurtorentje, dat nog hetzelfde is, is een hypermoderne dure Spa gebouwd met uitzicht op zee. Hiervoor wordt het warme water van de oude bron gebruikt.

De berichten geven morgen mooi weer, dan willen we gaan wandelen.

Woensdag 31 juli.

Wat een stralende dag vandaag! De hele dag zon, nu om negen uur nog. Maar je kunt wel merken dat de langste dag alweer een poosje geleden is, de zon zakt snel en is per dag 5 minuten eerder onder.

Achter het dorp is de Husaviker berg. Hier kun je mooi wandelen en ’s winters ook skiën. We zijn tot het einde van de skilift geweest, mooi uitzicht over het dorp en de baai. Het was heel helder weer vanmorgen.

In de meeste dorpen is een handwerkwinkel met handwerk gemaakt door de vrouwen van het dorp, ook zelfgebreide truien. Hier is er ook één en we hadden gisteren al eens gekeken maar ik kon het niet vinden. Vanmiddag waren we er weer even en ik vond het weer niet. Een paar truien gepast maar het was hem net niet. Er kwam een man binnen met een trui die zijn vrouw net afhad. Er ging een prijskaartje aan en hij werd op de plank gelegd en vijf minuten later had ik hem gekocht. De kleuren van het motief spraken me aan en hij past heel mooi. Heerlijk zo’n warme trui! Hij kriebelt wel een beetje maar dat went wel.

We hebben nog heerlijk een poos in de zon gezeten op de camping en in de loop van de middag zijn we naar camping Heiðarbær gegaan. Die is 35 km verderop op onze route en van de campingkaart, dat scheelt € 25,00 in dit geval en ook daar konden we in de zon zitten.  

Donderdag 1 augustus.

We zijn blij dat we voor deze route hebben gekozen i.p.v. de oostkust want het was weer mooi weer vandaag.

Via het Myvatn zijn we naar het Möðrudalur gereden. Onderweg zijn we afgeslagen naar het Kraflagebied met de gekleurde berg Leirhnjukur met mooie gekleurde solfataren en een oud lavaveld. Vorige keer toen we hier waren regende het en hebben we hier niet gelopen. Nu scheen de zon en hebben we een mooie wandeling over het lavaveld gemaakt. Op sommige plaatsen komt warme stoom uit de grond, ook loop je soms over een trappetje van touwlava.

Vanmiddag was het rustig op de camping en hadden we mooi zicht op de berg Herdubreid, hemelsbreed is die 35 kilometer hier vandaan!

Vrijdag 2 augustus.

Na zo’n mooie zonsondergang gisteren moest het wel mooi weer worden vandaag. En dat was het ook.

Broodjes gesmeerd, rugzak gepakt en het dal ingelopen een stukje richting Herdubreid.  Het was een echte IJslandse wandelroute. Na twee kilometer moesten we slootje springen en kort daarna moesten de schoenen uit want de beek was te breed. We waren de waterschoenen helemaal vergeten dus dat moest op blote voeten. Het water was niet heel koud, het liep alleen een beetje lastig over de stenen. We zijn helemaal niemand tegengekomen en het was heel stil,  dat was lekker. Dit maak je niet zoveel meer mee.

De rest van de middag hebben we heerlijk in de zon gezeten.

Zaterdag 3 augustus.

Vanmorgen zijn we op tijd gaan rijden. Eerst nog een stukje door het bijzondere “maanlandschap” en later door een groen dal naar Egilsstaðir. Daar hebben we onze gasfles weer opgehaald die we negenweken geleden bij het N1benzinestation in bewaring hadden gegeven. Hij stond er nog netjes achter slot en grendel met nog een stuk of acht andere.

Via het Fljotsdalur zijn we een stukje landinwaarts gereden. Hier is een grote stuwdam gebouwd in de Karahnjukarrivier. Voor de aanleg van deze dam is destijds een asfaltweg aangelegd, zodoende kun je nu een stukje het binnenland in. Dit hadden we al eerder willen doen maar het weer liet het nooit toe als we hier waren. Nu hadden we goed weer en een mooie rit.

Uit het Fljotsdalur vandaan ga je eerst een pas omhoog. Vervolgens kom je op een verlaten hoogvlakte met bergen en gletsjers in de verte. Hier en daar lopen een paar schapen, die moeten straks van ver worden opgehaald! Verder is het landschap heel wijds, dit is niet te beschrijven.

De dam zelf is een indrukwekkend bouwwerk. Aan de ene kant is een groot stuwmeer en aan de andere kant een diepe kloof waar ooit de rivier liep. Het water uit het stuwmeer wordt door een grote tunnel met een lengte van ongeveer 35 kilometer naar een waterkrachtcentrale geleid voor het opwekken van stroom.

Verder dan de dam kunnen wij niet want hier stopt het asfalt en wordt het F-weg, voor jeeps.

We staan nu op een camping aan het Lagarfljot, een hele brede rivier met zandstrandjes en beboste hellingen.  Het is weer een hele andere plek als gisteren.