Ankarede.

 

Zondag 3 augustus.

 

Wildernisroute is een beetje overdreven maar de route is wel erg mooi. Veel natuurschoon, rivieren, meren, bossen en bergen.

Er zijn redelijk veel parkeerplaatsen onderweg en af en toe zijn we even blijven staan om te kijken.

We waren redelijk snel bij Gäddede, de hoofdplaats van dit district. Een rustig dorp met alle voorzieningen. Voor de rest is de streek verlaten, op hier en daar een paar huizen na.

Het was een beetje lastig om een plek te vinden om te blijven staan voor de nacht. Onze eerste keus was vol, de tweede was erg krap. De meeste P’s zijn eigenlijk alleen voor personenwagens en busjes.

Op de derde plek stonden al twee campers uit Nederland. We pasten er nog net naast. Het waren twee stellen met kleine kinderen en na een uurtje bleken ze vrij luidruchtig met zijn allen en zijn we weer weggereden. We voelden ons ook nogal opgesloten op zo’n kleine plaats, kortom we stonden er niet lekker.

Twee kilometer verderop is een grote P bij een verlaten Samidorp, hier staan we nu. Hier is ruimte om ons heen en dat vinden we fijn. Het is hier nu ook heel stil.

Ankarede is een verlaten Samisch dorp dat vroeger vooral ’s winters werd bewoond. Centraal staat de witte kerk en wat rode huisjes eromheen. Er is een klein museum en houten tipi’s en voorraadschuurtjes van de Samen. Rond midzomer wordt hier samen feest gevierd.

Morgen weer een stukje verder!

 

Stekenjokk.

 

Maandag 4 augustus.

 

Lekker geslapen vannacht, het was heel stil.

Vanmorgen hebben we eerst nog een boswandelingetje gemaakt. Na een bakje koffie zijn we weer verder gereden. Onderweg was er nog een waterval. De weg ging langzaam omhoog en op een gegeven moment reden we boven de boomgrens en kwam de sneeuw dichterbij. Hoewel de bergen niet hoger zijn dan zo’n 1500 meter ligt er ’s zomers altijd nog wel wat sneeuw.

Ons doel vandaag was de Stekenjokk, een hoogvlakte op ruim 800 meter hoogte, het hoogste punt van deze route.

We staan hier, met ongeveer 25 campers, op een parkeerplaats met prachtig uitzicht. Er lopen hier wel eens rendieren maar die hebben we nog niet gezien. Het waait wel hard!

Dat de weg hier geasfalteerd is, is te danken aan het feit dat op deze plaats tussen 1976 en 1988 ongeveer 7 miljoen ton erts gewonnen is. Voor het grootste deel koper maar ook zink, goud en zilver. Na het stopzetten van de ertswinning is het gebied gesaneerd, afgedekt met zand toen een dijk eromheen gelegd en onder water gezet. Dit is het eerste gebied in Zweden dat op deze manier hersteld is.

We lezen wel eens in recensies dat mensen dit helemaal niks vinden. Wij vinden dit erg mooi, nu alleen nog rendieren!

 

Trappstegsforsen.

 

Dinsdag 5 augustus.

 

Wat een verschil met vorige nacht! Het waaide erg hard dus hebben we onrustig af en toe even geslapen. Halen we wel weer in!

Het regende vanmorgen en dus lekker rustig aan gedaan. Konden we ook nog even van het uitzicht genieten!

Pas om een uur of elf zijn we gaan rijden, na de koffie.

De weg ging nog een paar kilometer hoog over de hoogvlakte en toen daalden we langzaam af en kwam ook de boomgrens weer in zicht.

We kwamen nog door een klein dorpje, Klimpfjall, waar de arbeiders uit de kopermijn vroeger woonden. Daarna ging de route naar Fatmomakke, nog een verlaten Samidorp. We moesten wel van de hoofdweg af, 5 kilometer onverhard en toen nog 2 kilometer gelukkig weer over asfalt. De laatste wasbordweg die we gereden hebben was in IJsland, nu weten we ook weer hoe dat was!

Het dorp was wel leuk, weer een wit kerkje, houten huisjes en houten tentjes. Bij één daarvan kon je zien hoe ze gemaakt worden. Het kleine museumpje was ook open, daar waren erg leuke foto’s en wat gebruiksvoorwerpen te zien.

De Sami kwamen hier dus bijeen om feesten te vieren en voor bruiloften, natuurlijk ook voor het midzomerfeest. Dat wordt ook hier nog steeds gedaan getuige de foto’s. In het kerkje zijn ’s zomers nog regelmatig kerkdiensten.

Af en toe regende het wat, gelukkig was er hier en daar ruimte om te schuilen.

Aan de overkant van het water, bij de parkeerplaats is ook een kleine natuurcamping. Die ligt erg mooi aan het water. Bij mooi weer waren we hier graag een nachtje gebleven, voor vandaag waren de berichten helaas niet zo best. Weer terug op de doorgaande weg kregen we dan ook een paar flinke buien.

In het dorpje Saxnäs kun je bij de Mountainlodge  water innemen en lozen. Toen was het gelukkig even droog.

Een stukje verder langs de weg ligt de waterval Trappstegsforsen. Hier is een ruime parkeerplaats en we besloten hier maar te blijven staan. Weer zo’n mooi uitzicht!

In de kleine snackbar die hier staat hebben we vanavond lekker hamburgers en patat gehaald. Even een dagje gemakkelijk is ook lekker!

Alle dagjesmensen zijn nu weg en we staan nu nog met drie campers. Ook vanavond weer een paar flinke buien gehad. De weg horen we niet, de waterval des te beter maar dat vinden we niet erg.

 

Stalon.

 

Woensdag 6 augustus.

 

Vanmorgen waren we op tijd weer op pad. Al snel werd er weer een waterval aangegeven langs de weg, de Dimforsen. Met de paraplu mee want het was een beetje donker, gingen we op zoek. Na een wandelingetje door het bos over planken en boomwortels hadden we hem gevonden. Het was overal heel nat dus het was een beetje uitkijken waar je liep. De watervallen die we hier gezien hebben zijn niet heel hoog maar wel breed en al dat water blijft imposant.

Een paar kilometer verderop vonden we een mooi plekje om te staan vlak voor het dorpje Stalon. Het was even droog en aangezien we bij de rivier staan is er water genoeg dus was dit de kans om de camper een beetje toonbaar te maken. Gisteren op de onverharde weg is er veel prut opgespat dat moest er even af. Op de doorgaande weg waren ze aan het asfalteren en daardoor zitten er ook veel teervlekjes overal. Die kregen we er niet goed af. Dat wordt thuis nog veel poetsen.

Tegenover de parkeerplaats is een weggetje omhoog naar een krachtcentrale van Fattenval. Nog een stukje hoger ligt een kleine landingsbaan, ook door Fattenval aangelegd. Daar moet je mooi uitzicht hebben dus daar wilden we vanmiddag heenlopen.

We zijn een heel eind gekomen maar het eindpunt was voor ons te hoog gegrepen, we moesten eerder omkeren. Maar ook daar kon je al best ver kijken.

Het is hier heerlijk rustig. We staan met zes campers verspreid over het hele veld, de naaste buren staan wel 30 meter verderop.

 

Storuman.

 

Donderdag 7 augustus.

 

Tegen half tien reden we weg van ons mooie plekje. Een half uurtje later hadden we een koffiestop bij een leuke parkeerplaats. Hier was een wandelroute gemaakt met sprookjes erlangs, daar zijn we even langsgelopen. Het rechter sprookje gaat over een mythisch oog dat over iedereen waakt.

Weer een uurtje rijden verder waren we in Vilhelmina. Dit stadje was vroeger een kerkstad,waar mensen die van ver naar de kerk kwamen konden overnachten. Van enkele straten zijn de huizen  gerenoveerd en nog steeds bewoond. Een gebouw dat er uitzag als een mooi hotel bleek later een winkel te zijn waar oude spullen worden verkocht. Langs de weg zie je ook heel vaak het woord “loppis”, wat rommelmarkt betekent.

Bij de ICA hebben we boodschappen gedaan en meteen maar een broodje gedaan op de parkeerplaats.

Hierna zijn we naar het noorden gereden en hebben de “wildernisroute”achter ons gelaten.

Onderweg konden we het toilet nog legen en om een uur of drie waren we op onze bestemming voor vandaag. Een parkeerplaats boven het plaatsje Storuman bij een uitzichtpunt. Hier heb je prachtig zicht op het gelijknamige meer. Hierboven is ook een skiliftje en twee kleine afdalingen, nu zijn het natte zwarte pistes! Er is ook een gezellig uitziende skihut die nu ook geopend is.

 

Vrijdag 8 augustus.

 

Weer een hele rustige nacht vannacht en vanmorgen was de lucht blauw.

Eigenlijk willen we hiervandaan naar Mo I Rana in Noorwegen rijden en dan een stukje kustweg doen. Het weer is daar nog niet zo goed en hier krijgen we twee droge dagen met wat zon dus blijven we hier nog even.

We zijn verhuisd naar de camping in het dorp en hebben daar een mooi plekje gevonden aan de grote zwemvijver.

Vanaf de overkant konden we zien waar we vannacht hebben gestaan.

Ook op deze camping zijn er aparte plaatsen zonder stroom maar hier zijn er genoeg, zijn ze vrij vlak en goed bereikbaar.

Vanmiddag zijn we even naar het dorp gelopen om de bouwmarkt te zoeken. Er zitten allemaal asfaltvlekken op de camper en die willen we eraf hebben. Op een kwartiertje lopen vonden we de winkel. Het personeel was heel vriendelijk en behulpzaam en gelukkig was er een mevrouw die goed Engels spreekt. Zij hadden niet het goede spul maar verwezen ons naar het tankstation. Ze schreef op een briefje waar we naar moesten vragen en waar we het voor nodig hadden. De jongeman bij het tankstation snapte het meteen en kwam met de goede fles. Even sprayen, paar minuten laten inwerken en afspoelen luidde zijn advies. Zo gezegd zo gedaan en het werkt! De teer loopt er zo af. Rechts voor is weer schoon en de rest komt thuis wel. We weten nu dat het werkt.

Het dorp is niet echt gezellig om doorheen te lopen. Alles is aanwezig, dat wel.

Morgen willen we even gaan fietsen.

 

 

Zaterdag 9 augustus.

 

Naast de camping is een jachthaven en daarnaast loopt een smalle landtong ongeveer 4 kilometer het meer in. Daaroverheen is een rustige asfaltweg en die zijn we opgefietst.

Hier en daar is een onverhard zijweggetje waar een paar huizen aan liggen en overal zijn vis\picknickplaatsen aan strandjes met vuurplaatsen waar je de gevangen vis kunt grillen. De houtblokken liggen al klaar!

Op het eind loopt de weg dood met een keerlus en zijn we weer rustig teruggefietst. Onderweg op een strandje hebben we de broodjes opgegeten.

Terug in het dorp nog even bij de ica langs geweest voor de vergeten boodschapjes en de rest van de middag lekker in de zon gezeten.