El Rocio.
Dinsdag 8 februari.
Gisteren zijn we rustig naar El Rocio gereden. In Isla Cristina eerst nog boodschappen gedaan bij de Lidl. Daar was het druk en het is lastig parkeren maar er was nog een plaatsje voor ons.
Na de middag kwamen we bij de camping aan waar we hartelijk welkom werden geheten door Diana en Vera en door Ad en Marleen, de reisleiders. Diana en Vera hadden we vier jaar geleden voor het laatst gezien in Marokko waar we elkaar toevallig tegenkwamen. Fijn om ze weer te zien!
Het weer is heerlijk met veel zon en 20 graden dus lekker in het zonnetje gezeten.
’s Avonds hebben we met de ploeg in het restaurant lekker gegeten na de welkomstborrel om vijf uur.
De camping ligt vlakbij het plaatsje El Rocio. Dit is een bijzonder dorpje met allemaal zandwegen, niet één verharde weg. Er staan bijzondere huisjes en een aantal kerkjes. Eén keer per jaar, op tweede pinksterdag komen er duizenden pelgrims voor een bedevaart naar de Bedevaartskerk om de maagd van El Rocio te eren. De rest van het jaar is het er erg rustig.
Naast het dorp is een ondiep meer waar een flamingokolonie zit.
Aan het dorp grenst het nationaal park La Donana. Hier zijn we vanmiddag met twee 4x4 busjes op excursie geweest in het zuidelijk deel ervan.
Eerst ging de rit naar het strand, zo’n 8 km naar het zuiden. Toen met de bus over het strand, vlak langs de golven. Na een rit van 17 km gingen we het park in. Eerst door dennenbossen met mooie parapludennen. Toen door een groot droog gebied wat ooit moeras geweest is . Onderweg waren er veel dieren te zien. Toen door de wandelende duinen weer terug naar het strand. Af en toe moest de bus tegen een steil duin opklimmen. Eén keer bleven we steken en moesten we wel vier keer achteruit om een aanloopje te maken voordat het de chauffeur lukte om over het duin te komen. Om 6 uur waren we weer op het strand waar de zon al aardig laag stond.
Leuke dag gehad!
Woensdag 9 februari.
Vanmorgen lekker geluierd en na de middag een rondje gefietst.
Een fietshelm is hier verplicht. Dat is wel even wennen, we hebben ze wel, maar nog nooit gebruikt!
We kwamen eerst aan de andere kant van het stadje terecht. Daarna zouden we door het nationaal park fietsen maar daar kwamen we waarschuwingsborden tegen voor lynxen en toen durfde ik, Wil, niet verder dus zijn we weer naar de hoofdweg gegaan. Een zijweggetje in langs heel veel plastic broeikassen met heel veel aardbeien, die liep dood dus weer terug. Langs de weg staan elektriciteitsmasten en op veel daarvan zitten grote ooievaarsnesten, allemaal bezet. Je hoort ze heel veel klepperen.
Op de terugweg nog maar even naar de boulevard gegaan waar paarden naast liepen. In het meer zitten heel veel vogels. Een vogelliefhebber kan hier zijn hart ophalen.
’s Avonds werden we getrakteerd op koffie met gebak in het restaurant en hebben we met zijn allen nog een poosje gezellig zitten kletsen.
Donderdag 10 februari.
Hoera, buiten is de mondkapje niet meer verplicht. Als het warm is en je moet omhoog lopen is dat best benauwd!
Moesten we vanmorgen toch dat weggetje in van gisteren maar nu met zijn allen dus dat durfde ik wel.
Na acht kilometer fietsen was er een oud palacio, mooi landhuis. Binnen is een kleine tentoonstelling over het leven hier vroeger en over Dona Ana naar wie het park Donana is vernoemd. Op het dakterras was er mooi uitzicht over het park.
Ook was er een mooi wandelpad, deels over vlonders door moerassig gebied en door het bos met nog mooie kurkeiken.
We waren als laatste klaar dus moesten we met zijn tweetjes terugfietsen, gelukkig geen lynx gezien!
Om half drie waren we weer terug en was het goed toeven in het zonnetje.
Om half vijf was er nog een gezamenlijk borreluurtje. De gezichten beginnen een beetje bekend te worden, de namen zijn nog lastig!
Morgen gaan we naar de volgende camping.
Vrijdag 11 februari.
De route van vandaag was maar 88 km, dat is niet zover. In het reisboek stond een leuke tip om even langs te gaan.
Hiervoor moest je eerst 55 km terug richting Portugal tot het dorp Palos de la Frontera. Hier bevindt zich het klooster La Rabida. In dit klooster verbleef Columbus enige tijd voordat hij op ontdekkingsreis naar Amerika ging.
We stonden op een grote parking en het duurde even voordat we het klooster gevonden hadden. Uiteindelijk hoorden we de kerkklok en wisten we waar we heen moesten.
Via een mooie oprijlaan met palmbomen en bovenaan een gedenknaald kwamen we bij het klooster. Voor het klooster liggen tuinen met bloeiende trompetplanten, hibiscus en paradijsvogelbloemen.
Binnen was veel te zien. Een grote vergaderkamer, een kleine overlegkamer waar Columbus veel overlegd heeft met Juan Perez die hem steunde in zijn plannen. Columbus kreeg veel steun vanuit het klooster met het vooruitzicht dat het christendom naar Amerika gebracht zou worden.
Er waren mooie binnenplaatsen en muurschilderingen en ook de gotische kerk was indrukwekkend.
Na dit bezoek hebben we een broodje gedaan in de camper en de lange broek verruild voor een kortere, de temperatuur was aardig opgelopen.
Vlakbij de parking liggen drie replica’s van de schepen waarmee destijds naar Amerika werd gevaren.
We verbaasden ons erover dat ze met deze relatief kleine schepen over de oceaan konden varen.
Na dit bezoek hebben we de grote weg weer opgezocht want we moesten nog een stukje naar Dos Hermanos, iets ten zuiden van Sevilla.
Daar staan we nu op een stadscamping. De camping is wel leuk, we staan tussen de sinaasappelbomen. Hij ligt wel dicht langs een drukke weg. Voor een bezoek aan Sevilla is het prima. Morgen gaan we met zijn allen op excursie naar deze mooie stad.
Vanavond hebben we voor het eerst buiten gegeten, om half zeven was het nog 21 graden!
Dos Hermanas/Sevilla.
Zondag 13 februari.
Het was een drukke dag gisteren.
Om half twee stond de bus voor. Eerst kregen we allemaal de temperatuurcheck, dat doen we iedere keer voor we de bus ingaan. Gelukkig mocht iedereen mee!
Eerst ging de bus door het monumentale centrum. Hier kwam ook een Nederlands sprekende gids aan boord. Allemaal prachtige gebouwen, ook het hotel waar Willen Alexander en Maxima logeren als ze in Sevilla zijn, ook vorige week nog.
Hierna ging de rit naar het Plaza de Espana. Hier kregen we allemaal een oortje zodat we de gids goed konden verstaan. Dit werkte prima want je kunt onderwijl goed rondkijken en toch luisteren.
Dit plein heeft de vorm van een enorme halve cirkel met prachtige gebouwen. Tijdens de wereldtentoonstelling van 1929 was dit het Spaanse paviljoen. Onderaan zie je 52 tegelmozaïeken waarop de provincies zijn afgebeeld. Het plein heeft ook als decor gefungeerd voor films, Lawrence of Arabia, Star Wars en The Dictator.
Vanaf het bordes kon je mooi over het hele plein kijken.
Hierna bracht de bus ons naar het centrum. We wandelden achter de gids aan naar het Alcazar. Onderweg kwamen we langs een hele oude hoge ficus, langs het balkon uit de opera Carmen en door de vroegere Joodse wijk met smalle straatjes en pleintjes met sinaasappelbomen en langs de enorme kathedraal.
Het Alcazar is het koninklijk paleis van Sevilla, nog steeds als zodanig in gebruik.
Het was druk. Voordat je er in mag wordt je paspoort gecontroleerd en je tas gaat door de scan.
Het paleis stamt uit de Moorse tijd en is later uitgebreid in verschillende bouwstijlen.
Er waren prachtige poorten, galerijen, patio’s, tegelwerk en wandkleden. Heel indrukwekkend allemaal.
Tot slot hadden we nog een mooi uitzicht over de tuinen waar je dan toch wel kunt zien dat het hier winter is.
Hierna hadden we even tijd voor onszelf om wat te eten en rond te kijken in de omgeving van de kathedraal. Vroeger, voordat het christendom hier was, was dit een moskee. Dit is nog te zien aan de enorme minaret.
Om half zeven liepen we weer achter de gids aan naar het flamencomuseum. Hier hebben we een voorstelling met flamencodansers gezien. Dit was heel anders dan de toeristische dansen die we wel eens gezien hebben. Er werd gedanst met veel passie en handen en vooral voetenwerk. De verschillende emoties waren ook goed te zien. De dansers werden begeleid door een goede gitarist en twee zangers. We hebben genoten. Helaas mochten er geen foto’s worden gemaakt.
Hierna nog een wandelingetje door smalle straatjes terug naar de bus.
Om negen uur waren we weer op de camping, best moe van alle indrukken!
Vandaag blijven we lekker op de camping. Beetje uitrusten, klusjes doen en misschien vanmiddag nog een klein wandelingetje.
Morgen weer een rijdag.
Maandag 14 februari.
Vannacht hebben we een paar kleine regenbuitjes gehad maar dat stelde niet veel voor. Vanmorgen was de lucht weer blauw.
De mat is weer opgerold en nu uitgelegd 4 km voor Tarifa.
De rit was 200 km. In het reisboek stonden als tip Cadiz en Jerez de la Frontera vermeld. Wij wilden liever naar een klein dorpje. Dit werd Vejer de la Frontera, een klein, wit stadje boven op een heuvel.
Het was heerlijk wandelen door de smalle witte straatjes met af en toe uitzicht op de heuvels en op de nieuwe stad.
Het beeldje van de gesluierde vrouw herinnert aan de cobijadas, de beschermden, de vrouwen van Vejer droegen tot in de twintigste eeuw hoofdbedekkende zwarte gewaden.
Het is een gezellig stadje met winkeltjes en veel terrasjes.
In de omgeving van Tarifa waait het bijna altijd, vandaar al die windmolens in de heuvels en langs de weg.
De camping ligt dicht bij een breed zandstrand. Door de harde wind trekt deze streek veel kite-surfers.
Er ontbreken op dit moment drie campers uit de groep. Eén stel is een paar dagen op visite bij vrienden in de buurt, een ander stel is met flinke motorpech gestrand in Jerez de la Frontera, dit is heel sneu natuurlijk, en koppel nummer drie heeft per ongeluk verkeerde coördinaten ingevoerd en staat bijna 300 km verder op de volgende camping!
Tarifa.
Dinsdag 15 februari.
Na een bakje koffie in de zon zijn we gaan lopen.
Eerst een kilometer langs de weg over een smal paadje naast de vangrail en dan is er een mooi wandelpad, deels over vlonders, naar Tarifa. Dit gaat door een beschermd natuurgebied. Het zicht op het achterland is mooi. Op de bergen weer de windmolens. Vandaag draaiden ze niet zo hard want het waaide nauwelijks. Aan de andere kant is het strand.
Na het vlonderpad kom je op de boulevard met mooie ressorts. Deze loopt helemaal naar het schiereiland, Isla de Tarifa, met een castillo en een vuurtoren. Helaas was het verboden toegang.
Toen zijn we naar de Moorse nederzetting gelopen. Hier is een uitzichtpunt met mooi uitzicht op Marokko. De straat van Gibraltar is hier maar 15 km breed. Marokko, zo dichtbij en toch zo ver weg. Er gaan nog steeds geen veerboten.
Onderweg hadden we al een broodje gedaan op een muurtje maar nu hadden we zin in koffie. In een gezellig straatje vonden we een pastilleria waar we voor € 5,50 twee bakjes koffie hadden en twee taartjes.
Hierna zijn we rustig weer teruggelopen over het vlonderpad. Terug op de camping hadden we er ongeveer 14 km opzitten. Heerlijk gelopen vandaag!
Woensdag 16 februari.
Tijd om boodschappen te doen vandaag.
Na de koffie gingen we richting Lidl. Met de camper want het is 4,5 km en bovenop een heuvel. Kunnen we weer een poosje vooruit.
Hierna ging de rit naar Baelo Claudia, de overblijfselen van een antieke Romeinse stad daterend uit de eerste eeuw.
Het was echt niet op de fiets te doen. Eerst 11 km langs de autoweg en dan 7 km landinwaarts bij een heuvel op.
De stad ligt mooi, net boven zee, omringd door groene heuvels met dennenbos.
Het terrein is flink groot en er is veel bewaard gebleven. Bij de pilaren heeft een kathedraal gestaan en helemaal bovenaan is het theater dat af en toe nog wordt gebruikt.
We hebben lekker een uur rondgewandeld in de zon. Er stond wel een straffe wind die het een beetje koel maakte. Je moest wel goed ter been zijn in die tijd!
Eenmaal terug op onze plek op de camping hebben we nog lekker in de luwte in de zon gezeten tot een uur of vijf. Dan verdwijnt de zon achter de bomen en wordt het koud.
Tegen zeven uur zijn we naar het strand gewandeld voor de zonsondergang. Afrika is echt maar 15 km zwemmen. Het water is nog te koud!
Donderdag 17 februari.
Vera stuurde nog een mooie foto die ze gisteravond van ons had gemaakt bij de zonsondergang. Zoals je aan de jassen kunt zien koelt het ’s avonds behoorlijk af.
Er stond niet veel wind vandaag. We hebben het hier echt getroffen!
Vanmorgen zijn we op het strand wezen wandelen. Heerlijk met het zonnetje in de rug. Af en toe even schepen kijken, er komt aardig wat langs.
Vanmiddag moesten we even aan het werk. Om half vijf was er sangria en daar horen natuurlijk hapjes bij. Iedereen had wat lekkers gemaakt en de reisleiding zorgde voor sangria. Was gezellig met zijn allen.
Meer hebben we eigenlijk niet gedaan, lekker in de zon gezeten.
Morgen gaan we weer een stuk rijden, 280 km, naar de volgende camping. Dit wordt de langste etappe deze reis dus de rest van de afstanden vallen wel mee.
Maak jouw eigen website met JouwWeb